In memoriam: bOb Van Reeth (1943–2025)
Op 30 september 2025, de dag voordat de nieuwe Vlaams Bouwmeester officieel aan haar mandaat begon, is de allereerste Bouwmeester – bOb Van Reeth – op 82-jarige leeftijd overleden. De nalatenschap van Van Reeth voor de architectuur in Vlaanderen en daarbuiten is nauwelijks te overschatten: als ontwerper van iconische gebouwen, als oprichter van AWG Architecten, maar vooral als eerste Vlaamse Bouwmeester en de bedenker van de Open Oproep, die de kwaliteit van publieke opdrachten ingrijpend heeft verbeterd. Zoals een van zijn opvolgers, Leo Van Broeck, het verwoordt: “bOb heeft architectuur in Vlaanderen en daarbuiten naar een veel hoger niveau getild.”
Ook voor Architectura had bOb Van Reeth een bijzondere betekenis. We publiceerden talloze artikels over hem, wijdden een podcastaflevering aan zijn visie en brachten samen met onze huiscolumnist Filip Canfyn het vestzakboekje vOlOp bOb uit. Dat boek en de bijhorende roadshow door Vlaanderen leverden ons enkele van de meest memorabele momenten uit ons bestaan op. Vanuit die nauwe band willen we met Architectura ons diepste medeleven betuigen aan zijn familie, vrienden en naasten.
Een leven in architectuur
bOb Van Reeth werd geboren in Temse in 1943. Hij studeerde architectuur aan Sint-Lucas Brussel en tekende al in de jaren zestig zijn eerste woningen in Mechelen en Kalmthout. In 1969 verbouwde hij zijn eigen woning in het Begijnhof van Mechelen, een project dat vaak wordt beschouwd als zijn beginpunt. Kort nadien volgden de eerste publieke opdrachten, waaronder het Onze-Lieve-Vrouwecollege in Antwerpen (1977).
In 1982 richtte hij de Architecten Werk Groep (AWG) op, waarmee hij uitgroeide tot een van de invloedrijkste architecten van zijn generatie. Met AWG realiseerde hij projecten die tot het collectieve geheugen behoren: het Zuiderterras en het zwart-wit gestreepte Huis Van Roosmalen in Antwerpen, de theaterboot De Ark, de vernieuwing van het Koning Boudewijnstadion (1995), en later ook de Kazerne Dossin in Mechelen (2012). In West-Vleteren tekende hij een nieuwe vleugel voor de Sint-Sixtusabdij.
Zijn werk werd gekenmerkt door een eigenzinnige, maar consequente visie: architectuur moest de condities van de plek volgen en gebouwen moesten flexibel genoeg zijn om nieuwe functies in de toekomst te kunnen opnemen. Dat gedachtegoed vatte hij samen in het concept van de “intelligente ruïne”.
De eerste Vlaamse Bouwmeester
Toenmalig minister Wivina Demeester creëerde in 1998 het ambt van Vlaams Bouwmeester en stelde Van Reeth aan als eerste mandataris. Hij gaf de functie niet alleen vorm, maar vulde ze in met een instrument dat tot vandaag standhoudt: de Open Oproep. Daarmee tilde hij de kwaliteit van publieke architectuurprojecten in Vlaanderen structureel naar een hoger niveau en gaf hij ruimte aan jonge en vernieuwende ontwerpers.
Zijn boutade “Een bouwmeester bouwt niet” is ondertussen een gevleugelde uitspraak geworden. Als Bouwmeester legde hij de nadruk op de rol van de opdrachtgever en de juiste definitie van de opdracht. Het architectuurklimaat in Vlaanderen zoals we het vandaag kennen, met een hoge internationale reputatie, draagt onmiskenbaar zijn stempel.
Getuigenissen bij zijn 80e verjaardag
Toen bOb Van Reeth in februari 2023 zijn 80e verjaardag vierde, keek Architectura samen met enkele intimi terug op zijn betekenis.
- Wivina Demeester herinnerde zich hoe uit denkoefeningen met Van Reeth en Geert Bekaert de kiem voor het ambt van Bouwmeester ontstond: “bOb gaf inhoud aan het ‘ambt’ en ontwierp de Open Oproep, een instrument dat na meer dan twintig jaar nog steeds inspirerend functioneert voor de architectuur in Vlaanderen.”
- Marcel Smets, zijn opvolger, noemde hem een gids die zijn eigen zoektocht richting gaf en benadrukte zijn standvastigheid in de overtuiging dat architectuur de condities van de plek moest volgen.
- Filip Canfyn prees zijn ‘legacy’: “bOb bezit ‘a legacy’. Ongetwijfeld. Ontegensprekelijk. En onbedoeld. Wijsheid dus.”
De reacties op het overlijden van bOb Van Reeth onderstrepen de immense impact van zijn werk. Voormalig Bouwmeester Leo Van Broeck vat het zo samen: “bOb heeft architectuur in Vlaanderen en daarbuiten naar een veel hoger niveau getild, niet alleen door zijn eigen werk maar ook en vooral door zijn rol als eerste Vlaamse Bouwmeester. Hij deed dit op zijn typische verstandige, minzame en tegelijk zeer doelmatige manier. We kunnen niet genoeg dankbaar zijn voor wat hij met zijn vriendelijke kracht heeft gerealiseerd.”