STEEN & BEEN. Spoiling Xmas (Filip Canfyn)
Onze huiscolumnist Filip Canfyn weet dat een witte Kerstmis het jaar niet zal afsluiten maar maakt zich vooral zorgen bij het ondergesneeuwd blijven van het klimaatvraagstuk. Richting 2026 haalt hij er een grote meneer bij om opnieuw zijn bezorgdheid te luchten en om misschien jullie feeststemming te vergallen.
Ilja Leonard Pfeiffer is niet alleen een hemelse romancier maar ook een weergaloze essayist. Net toen ik mijn eigen column ‘Belem’ geschreven had publiceerde De Morgen (29/11/25) zijn superieure proeve, onder de titel ‘De klimaatkoorts loopt op, en de patiënt wordt alleen maar zieker’. De meester zelve begint zijn verhaal in 1896, wanneer de Zweed Arrhenius na wetenschappelijk onderzoek voor het eerst waarschuwt voor een wereldwijde temperatuurboost door meer koolstofdioxide in de atmosfeer. Dat is 130 jaar geleden en ook de alom bekende alarmbel van de Club van Rome inzake het broeikaseffect heeft al een anciënniteit van meer dan 50 jaar. Bovendien kan vandaag de dertigste klimaatconferentie in Belem “beschouwd worden als het voorlopige dieptepunt in een reeks dieptepunten” wegens geen akkoord over “de noodzakelijke uitfasering van fossiele brandstoffen”.
Pfeiffer duidt deze nalatigheid. “Het is bekend dat wij er als specimina van de menselijke soort niet heel goed in zijn om na te denken over de lange termijn. De evolutie heeft ons getraind om adequaat te reageren op onmiddellijke en concrete gevaren, maar wij krijgen geen adrenalinestoot van toekomstige en abstracte dreigingen, hoe groot die ook zijn. Tijdens de pandemie werden onmogelijk geachte maatregelen opeens mogelijk, omdat het gevaar van het virus onmiddellijk en concreet was, maar de klimaatverandering is te traag om ons automatisch tot eenzelfde voortvarendheid te motiveren. De gevaren daarvan worden pas goed zichtbaar wanneer het te laat is om er nog iets aan te doen. Daarom hebben we de politiek nodig. Omdat we zelf niet goed zijn om ons zorgen te maken over de toekomst en omdat we te druk zijn om ons daar druk over te maken, hebben we leiders nodig die het algemeen belang van toekomstige generaties centraal stellen in hun beslissingen. Het probleem is echter dat juist onze democratisch gekozen leiders in toenemende mate bang zijn om verder vooruit te kijken dan hun eigen herverkiezing. In plaats van het volk te leiden, laten zij zich leiden door de publieke opinie.”
Pfeiffer trekt ook ‘de economie’ in het klimaatbad. Vooral de industrie vindt dat niemand, ook de politiek niet, laat staan Belem, zich moet moeien. “De financiële belangen zijn te groot om rekening te kunnen houden met de leefbaarheid van de planeet.” En dan komt het. “Het gevolg hiervan is dat de overheden de perverse neiging vertonen om de verantwoordelijkheid voor de grootste opgave van de mensheid af te wentelen op individuele burgers, die korter moeten douchen, die zich moeten schamen aan boord van een vliegtuig (…) terwijl de industrie wordt ontzien in naam van de als afgod vereerde economische groei. Het waanidee van ongelimiteerde economische groei op een in omvang beperkte planeet is precies de oorzaak van de klimaatcatastrofe, maar zoals bij alle religies is het heiligschennis om een evidente waarheid onder ogen te zien.”
Ik heb hier niets aan toe te voegen behalve een nieuwjaarswens: laten we wat meer bezorgdheid en voorzichtigheid tonen, wie weet beginnen ‘de politiek’ en ‘de economie’ dan ook de waarheid onder ogen te zien. En zoals mevrouw Prot(p)ut in ‘Het eiland’ altijd zo treffend vroeg: “Willen we dat afspreken?”
Op naar 2026!