Het Huis van Autisme door Karbon’ architecture et urbanisme: een toonbeeld van ‘zorgvuldige’ architectuur

  • image
  • image
  • image
  • image
  • image
  • image

In een samenleving waar de nood aan toegankelijke, zorgzame plekken steeds groter wordt, krijgt Brussel binnenkort een opmerkelijk project: het Huis van Autisme. Niet zomaar een gebouw, maar een ensemble van voormalige kazernegebouwen op de Usquare-site in Elsene. Deze plek, ooit een dierenziekenboeg van de Rijkswacht, wordt binnenkort een veilige haven voor mensen met een autismespectrumstoornis (ASS) en hun omgeving. Ontwerpbureau Karbon’ architecture et urbanisme, in samenwerking met Jan Minne, SEA+partners, MK Engineering en ASM Acoustics, won de wedstrijd die door de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting (MSI) werd uitgeschreven. Hun voorstel overtuigt door een bijzonder zorgvuldige omgang met erfgoed, en een diepgaande lezing van de noden van het programma.

De ontwerpopdracht is niet min: het Huis van Autisme wil tegelijk een plek zijn voor informatie, ontmoeting, begeleiding en onderzoek. Elk van die functies krijgt een eigen plek op het terrein, zodat bezoekers en gebruikers zich vlot kunnen oriënteren. Daarbij wordt uitgegaan van het bestaande gebouwenpatrimonium, zonder grote uitbreidingen of visuele ingrepen. Wat toegevoegd wordt, is subtiel en precies. Dat geldt bijvoorbeeld voor het nieuwe paviljoen dat de oude paardenstallen met elkaar verbindt en tegelijk de toegang tot de site markeert. Zo krijgt het Huis een helder adres en wordt het visueel verbonden met de wijk.

Van bij de start vertrekt het ontwerp vanuit een heldere structuur waarin elk gebouw op de site een eigen rol vervult, in lijn met zijn ligging en karakter. Die programmatische toewijzing – begeleiding, ontmoeting, opleiding en onderzoek – vormt de ruggengraat van het project en zorgt voor een logische leesbaarheid. De nieuwe paviljoenstructuur markeert de toegang en versterkt de oriëntatie op de site, terwijl ze ook functioneert als veilige overgangsruimte. Centraal ligt de toekomstige zintuiglijke tuin, die nu al als ordenend principe een belangrijke rol speelt. De combinatie van deze elementen – erfgoedgebouwen, paviljoen, tuin – schetst meteen de krijtlijnen van een gelaagd en zorgzaam geheel.

Een binnenwereld met betekenis

De site heeft een besloten karakter, wat voor sommige ontwerpopgaven een beperking zou kunnen zijn, maar hier juist als kwaliteit wordt ingezet. De architecten benutten de bestaande omslotenheid om een rustige, beschermde wereld te creëren waarin mensen met autisme zich veilig kunnen voelen. Tegelijk zorgen ze voor een subtiele openstelling, onder meer via een doorbraak in de buitenmuur langs de Juliette Wytsmanstraat. Die ingreep maakt het project leesbaar van buitenaf, zonder afbreuk te doen aan de luwte binnenin. Ook hier speelt het nieuwe paviljoen een rol: het fungeert als schakel tussen de stad en de site, tussen verleden en toekomst, tussen de gemeenschap en het individu.

De zintuiglijke tuin vormt een scharnierpunt in de compositie van het geheel: omsloten door de verschillende gebouwen en paviljoenen, is ze geen louter esthetisch element, maar een essentieel onderdeel van de werking. Ze is opgebouwd rond twee contrasterende sferen die uitnodigen tot verkenning, rust of stimulatie, afhankelijk van wat de bezoeker nodig heeft. De tuin stimuleert wandelingen en associaties, met paden, beplanting, zitplekken en open zones die refereren aan een natuurlijke flow van beweging en beleving. Regenwater wordt opgevangen en geïnfiltreerd, de beplanting is lokaal en biodivers, en de bestrating bestaat uit hergebruikte kasseien die een tactiele leesbaarheid toevoegen aan het landschap.

Stimuli doseren

Mensen met een ASS nemen prikkels op een andere manier waar. Voor hen is het niet evident om zich aan een klassieke architecturale omgeving aan te passen. Karbon’ vertrekt daarom van het omgekeerde: hoe kan de architectuur zich aanpassen aan hen? De materialisatie, akoestiek, lichtinval en tactiele kwaliteiten zijn zorgvuldig uitgekozen om zintuiglijke overbelasting te vermijden. Er zijn hypo- en multisensoriële zones, snoezelruimtes en schuilplekjes waar gebruikers zich kunnen terugtrekken. Deze ruimtes verschillen in vorm, schaal en afwerking, zodat er voor verschillende voorkeuren en gevoeligheden telkens een passend antwoord is.

Ook op schaal van het geheel is dit voelbaar. Het gebouw is niet ontworpen volgens een strak raster van functies, maar biedt veel ruimte voor tussenruimtes, nissen, overgangen en alternatieve routes. Dat ruimtegevoel is cruciaal: waar de ene gebruiker nood heeft aan prikkels en interactie, verlangt een ander naar afzondering en stilte. De architectuur voorziet in beide, en in het hele spectrum ertussen. Zo zijn er kleine zitnissen met gedempt licht, transparante werkplekken waar je anderen ziet zonder mee te moeten doen, en verbindingszones die spontaan tot ontmoeting kunnen leiden. De tussenruimtes zijn even belangrijk als de hoofdruimtes: ze geven de bezoeker de vrijheid om op eigen tempo te navigeren door het huis, en laten toe om keuzes te maken zonder sociaal of fysiek overweldigd te worden.

Subtiele ingrepen, duurzame keuzes

Een belangrijk uitgangspunt van het project is het behoud van de bestaande gebouwstructuren en materialen. Waar nodig worden ze geïsoleerd met biobased materialen die ook een actieve capillaire werking hebben. De bakstenen gevels blijven zichtbaar en herkenbaar, en versterken zo het erfgoedkarakter van de site. De kasseien op de binnenkoer worden hergebruikt in het nieuwe ontwerp van de tuin, en het regenwater wordt ter plaatse geïnfiltreerd, als deel van een breed geïntegreerde duurzaamheidstrategie. In samenspraak met ingenieursbureaus MK Engineering en SEA werd het energieconcept verfijnd tot een performant maar discreet systeem dat de rust van de omgeving niet verstoort.

De nieuwe toevoegingen, zoals het paviljoen in de binnenkoer, zijn licht en reversibel. Ze zorgen voor een nieuwe functionele laag op de site, zonder het karakter ervan te ondergraven. Door de schaal en uitstraling van deze toevoegingen subtiel te houden, blijven de bestaande gebouwen leesbaar, en krijgen ze een nieuwe betekenis in een inclusieve context. Elk detail – van deurklink tot dakrand – is gekozen met oog voor tactiliteit, herkenbaarheid en duurzaamheid.

Een huis voor iedereen

Het Huis van Autisme is opgevat als een huis in de volle betekenis van het woord: gastvrij, veilig, herkenbaar. Het is geen zorgcentrum in de klassieke zin, maar een plek waar mensen zich kunnen ontspannen, leren, zich laten begeleiden, en elkaar ontmoeten. Dat geldt niet alleen voor mensen met ASS, maar ook voor ouders, professionals, onderzoekers en organisaties. De ruimte nodigt uit tot kruisbestuiving, en bevordert peer support en gedeelde kennis. Deze sociale dimensie wordt versterkt door de keuze om verschillende gebruikersgroepen bewust met elkaar in contact te brengen.

De binnenkoer als schakel tussen de verschillende functies speelt hierin een cruciale rol. Zij vormt zowel een buffer als een verbindend element. De tuin is het hart van het project, letterlijk en figuurlijk, en fungeert als gedeelde plek waar iedereen welkom is, maar niemand tot iets verplicht wordt. De openheid is dus niet spectaculair of dwingend, maar kiest voor zachte, relationele architectuur. Ze ondersteunt het ontwikkelen van gemeenschappen op maat, zonder dat de nood aan afzondering uit het oog wordt verloren.

Zorgen voor wie zorgt

Bijzonder is ook de aandacht die het project schenkt aan de mensen die het huis zullen doen draaien: het personeel, de begeleiders, de organisaties. Zij krijgen niet alleen functionele ruimtes, maar ook aandacht voor hun mentale rust en werkcomfort. In plaats van een ‘zorgarchitectuur’ is hier sprake van een ‘zorgvuldige architectuur’ – een omgeving die uitnodigt om goed voor elkaar te zorgen, inclusief zij die anderen begeleiden. Veiligheid, rust en uitvoerbaarheid zijn daarbij niet louter technische voorwaarden, maar wezenlijke onderdelen van een omgeving die zorg draagt voor iedereen in het huis.

Deze visie blijkt onder meer uit de gekozen inrichting: geen kille gangen of steriele behandelkamers, maar warme plekken, natuurlijke lichtinval, tactiele materialen en een huiselijke sfeer. De architectuur is ondersteunend, maar nooit betuttelend. Ze biedt structuur, maar laat ook ruimte om zelf keuzes te maken en zich toe te eigenen wat nodig is. In elk aspect zit een uitnodiging om verbinding te maken, maar ook om grenzen aan te geven.

De kracht van het bestaande

De erfgoedwaarde van de site vormt geen belemmering maar een troef. Karbon’ toont aan hoe bestaande gebouwen een nieuw leven kunnen krijgen zonder hun identiteit te verliezen. De oorspronkelijke functie – een plek waar dieren verzorgd werden – krijgt een symbolisch vervolg in deze nieuwe invulling: ook nu gaat het om zorg, rust en herstel, zij het op een andere manier en voor andere gebruikers. De robuuste bakstenen gevels, de ritmiek van de raampartijen en de schaal van de gebouwen dragen bij aan een gevoel van continuïteit en herkenbaarheid.

Door nieuwe technieken en isolatiematerialen op een omkeerbare manier toe te passen, wordt het patrimonium toekomstbestendig gemaakt zonder het verleden uit te wissen. Deze aanpak getuigt van respect, maar ook van efficiëntie: ze laat toe om met beperkte middelen maximale impact te genereren. Het feit dat het ontwerp deze erfgoedwaarde inzet als katalysator voor zorginnovatie, maakt het project extra relevant in een stedelijke context waar open ruimte en rust schaars zijn.

Ruimte voor complexiteit

Autisme is geen eenduidig gegeven. Het spectrum is breed, de noden divers. Precies daarom is het zo belangrijk dat het gebouw geen standaardantwoord biedt, maar ruimte laat voor nuance, aanpassing en evolutie. De open structuur van het Huis maakt het mogelijk om activiteiten en functies te verschuiven in de tijd, om in te spelen op nieuwe inzichten en behoeften. De samenwerking met onderzoekers en opleidingen versterkt deze dynamiek.

De complexiteit van de ontwerpvraag wordt door Karbon’ benaderd als een meerwaarde, niet als een probleem dat opgelost moet worden. De ontwerpers creëren structuren die uitnodigen tot gebruik, herinterpretatie en ontmoeting. Zo toont het project toont hoe architectuur niet normerend hoeft te zijn, maar ruimte kan scheppen voor verschillen. Kortom, het Huis van Autisme fungeert als een open kader waarin evolutie, ontdekking en twijfel hun plaats mogen hebben.

Bron Karbon' architecture et urbanisme & bma.brussels

  • Deel dit artikel

Onze partners