In de wijk Moscou in Gentbrugge herontwikkelde sogent de voormalige spinnerij en weverij DE PORRE. De buurt kreeg een wijkpark aan de Jules de Saint-Genoisstraat, een uitbreiding van De Sportschool en een nieuw Open Huis De Porre. Sluitstuk van de transformatie is de realisatie van een nieuwe woonontwikkeling met een circulaire insteek. Matexi Projects en Matexi Oost-Vlaanderen wonnen vorige week de mededingingsprocedure met onderhandeling voor het vinden van een private partner die naast het ontwerp ook moet instaan voor de financiering en de realisatie van het nieuwe woonproject. Voor het ontwerp gingen zij in zee met DENC-STUDIO en Dhooge & Meganck Architectuur, die sinds enkele jaren voor meerdere (lopende en reeds uitgevoerde) projecten samenwerken onder de Maatschap ‘Team Kampvuur. De duurzaamheidsstudies nam SuReal voor zijn rekening. Voor het landschapsontwerp zorgde Atelier Arne Deruyter.
Ter aanstelling van een private partner lanceerde sogent in 2017 een mededingingsprocedure met onderhandeling. Het projectgebied omvat onder meer een fabrieksloods met erfgoedwaarde en een oude brandweerkazerne. Het team bestaande uit architecten- en studiebureau DENC-STUDIO en Dhooge & Meganck Architectuur kwam als laureaat uit de bus.
EXTRA PUBLIEKE GROENE RUIMTE
Het projectgebied is in zijn bestaande toestand (te) sterk verhard en daardoor is de natuurwaarde ervan ook beperkt. Het ontwerpteam vertrok niet vanuit een analyse waar het wilde bouwen, maar vanuit een onderzoek waar het juist niet (meer) wilde bouwen. “We zijn gaan ontpitten, ontharden en verzachten”, klinkt het. Gezien de voormalige brandweerkazerne aan de Peter Benoitlaan, naar een ontwerp van ir. Van De Vloet, geen erfgoedwaarde heeft en ook het beeldbepalend karakter ervan beperkt is, gaat ze onder de sloophamer.
Het deel ten zuidwesten van het centraal erfgoedgebouw is nog de enige open ruimte met vegetatie in volle grond. “We houden dit voor een belangrijk deel zo en kennen er een publiek statuut aan toe”, aldus het ontwerpteam. In tegenstelling tot het sterk geprogrammeerde bestaande park, krijgt het nieuwe publieke parkkamer een meer natuurlijke inrichting.
Met uitzondering van toegankelijkheid voor de brandweerwagen, weert het ontwerp gemotoriseerd verkeer uit het binnengebied.
Het parkeren van de wagen gebeurt geclusterd ondergronds, met toegang dicht bij de Peter Benoitlaan. Twee ondergrondse bouwlagen moeten de footprint van de kelder zo klein mogelijk houden. “De bewuste keuze om lokaal diep de grond in te gaan maakt het mogelijk op andere plaatsen een veerkrachtig groenontwerp te realiseren waarbij we maximaal profiteren van de ecosysteemdiensten”, stelt het ontwerpteam.
Pas na de vrijwaring van extra publieke en groene ruimte, gingen de ontwerpers over tot het architectuurontwerp. “De site is historisch gezien altijd een patchwork geweest van grote bakstenen volumes. Dat is vandaag nog steeds het geval. We zijn er dan ook van overtuigd dat deze plek in zekere zin vraagt om krachtige gebouwen, met elk een eigen identiteit. De footprint van de ontworpen gebouwen en verhardingen is kleiner dan de bestaande. Zo zetten we sterk in op ruimtelijk rendement. De aan de gebouwen gegeven namen, knipogen naar het industrieel verleden van de site: Schietspoel, Knoop, Zelfkant en Bobijntjes.”
KLIMAATADAPTIEF
Het ontwerp zet sterk in op klimaatadaptieve elementen. Inspelend op het aanwezige reliëf wordt een forse blauwgroene structuur gecreëerd, zowel in het privaat collectieve deel als in het nieuw publieke parkdeel. Zo komt er natuurlijke waterretentie en maakt het ontwerpteam optimaal gebruik van de sponswerking van de bodem. In aanvulling op de goede infiltratiecapaciteit, creëren we door hoogteverschillen voldoende buffercapaciteit om hevige pieken te kunnen opvangen. Een robuuste groenstructuur vormt de contramal van de bebouwing. In tegenstelling tot het eerder open bestaande park, wordt in het nieuwe landschapsontwerp heel bewust gekozen om maximaal te vergroenen.
Het landschapsontwerp creëert overgangen van eerder dens en intens hoog opgaand groen naar open zones. “We onderscheiden hoogstammige bomen, meerstammige bomen, bloeiende struiken en klimplanten, geurige vaste planten, waterplanten,… Hitte- en droogteresistente planten zijn aangepast aan zowel het actueel klimaat als aan het microklimaatscenario. De verschillende parkdelen en tuin krijgen schaduwrijke plekken en plaatsen om te schuilen.”
BROEDPLEK MET STEDELIJKE DYNAMIEK
Om de reeds opgebouwde levendigheid vast te houden en te stimuleren, introduceert het projectvoorstel aanvullend aan het residentieel programma DE KNOOP: een broedplek met stedelijke dynamiek, met meerwaarde voor de lokale bewoners en bredere buurt.
DE KNOOP omvat vier ateliers en meet iets groter dan 1000m²: niet te klein om van betekenis te kunnen zijn; niet te groot om overlast te vermijden.
Gezien locatiekeuze uitermate belangrijk is voor de levensvatbaarheid van DE KNOOP positioneren de ontwerpers deze op een goed zichtbare, vlot identificeerbare, toegankelijke en gastvrije plek, centraal gelegen, langs de fiets- en wandel-as, in het hart van de site.